Vraag en antwoord Woo verzoeken
Op grond van de Woo kan een ieder een verzoek doen om openbaarmaking aan een ieder van publieke informatie. Het moet gaan om publieke informatie die nog niet openbaar is gemaakt, die is vastgelegd in documenten die berusten bij de Rijksrecherche en verband houdt met de publieke taak van de Rijksrecherche.
Meer informatie kan je vinden op: Uitleg Woo op rijksoverheid.nl
Een Woo-verzoek kan bij voorkeur elektronisch via het webformulier worden ingediend.
Let op: het elektronisch indienen van een Woo-verzoek kan slechts via het webformulier. Woo-verzoeken die op andere elektronische wijze (zoals e-mail, fax, Twitter en andere digitale kanalen) worden ingediend, worden niet in behandeling genomen. Woo-verzoeken die per e-mail aan medewerkers van de Rijksrecherche worden gestuurd worden niet in behandeling genomen.
Beschikt u niet over de mogelijkheid om uw verzoek elektronisch in te dienen, dan kunt u het Woo-verzoek per briefpost sturen aan:
Rijksrecherche
t.a.v. Woo-loket
Postbus 16424
2500 BK Den Haag
Het is raadzaam om uw telefoonnummer en/of e-mailadres te vermelden in uw Woo-verzoek, zodat het mogelijk is met u te overleggen over uw verzoek.
De Woo-contactpersoon kan u helpen bij:
- het nagaan of informatie al door de Rijksrecherche (online) beschikbaar is gemaakt;
- het beantwoorden van de vraag of u voor de gevraagde informatie een Woo-verzoek moet indienen;
- het indienen van het Woo-verzoek;
- in lopende Woo-zaken doorverwijzen naar de zaaksbehandelaar.
Al uw Woo-verzoeken komen binnen bij de Woo-conctactpersoon en worden vervolgens intern doorgezet naar de behandelaar binnen de Rijksrecherche
U bent op zoek naar informatie, maar u weet niet bij welk bestuursorgaan deze informatie aanwezig is. U kiest ervoor om een Woo-verzoek bij de Rijksrecherche in te dienen. Als blijkt dat de gevraagde informatie geheel bij een ander bestuursorgaan berust, dan zal de Rijksrecherche uw Woo-verzoek doorsturen naar dat andere bestuursorgaan. Indien de door u gevraagde informatie gedeeltelijk onder de Rijksrecherche berust en gedeeltelijk bij een ander bestuursorgaan, dan zal uw Woo-verzoek door de Rijksrecherche in behandeling worden genomen voor dat deel van de informatie die onder de Rijksrecherche berust en voor de overige informatie worden doorgestuurd naar het andere bestuursorgaan. U wordt over de gehele of gedeeltelijke doorzending van uw Woo-verzoek geïnformeerd.
Als u het webformulier invult doorloopt u vanzelf onderstaande vragen. Om uw verzoek zo snel mogelijk in behandeling te kunnen nemen, helpt het om uw verzoek zo volledig mogelijk in te dienen.
- U vermeldt uw naam en adres;
- U geeft in uw Woo-verzoek zo precies mogelijk aan op welk document / welke documenten of welke aangelegenheid uw verzoek ziet.
- Voordat u een Woo-verzoek indient kijk dan eerst of deze informatie niet eerder openbaar is gemaakt op rijksrecherche.nl;
- Uw verzoek moet zien op informatie die in één of meerdere documenten is vastgelegd;
- Uw verzoek moet zien op informatie waarover de Rijksrecherche beschikt, dan wel behoort te beschikken;
- De informatie moet zien op publieke informatie. Dat wil zeggen informatie over de publieke taak van de Rijksrecherche;
- U bent niet verplicht aan te geven waarom u de informatie wilt hebben, maar soms kan deze informatie de behandeling van het Woo-verzoek wel vereenvoudigen.
Iedereen kan de overheid verzoeken om informatie over welke bestuurlijke aangelegenheid dan ook. Ook niet-Nederlanders kunnen een Woo-verzoek bij de Nederlandse overheid indienen.
De Rijksrecherche beslist uiterlijk binnen vier weken over het verzoek (de wettelijke beslistermijn). Deze termijn kan met twee weken worden verlengd Dit moet schriftelijk en gemotiveerd worden meegedeeld voordat de eerste vier weken zijn verstreken. Soms ziet een Woo-verzoek op zo veel informatie dat ook de verlengde termijn te kort is om alle documenten te verzamelen en te beoordelen. In dat geval volgen er afspraken met u over de verdere afhandeling (afgesproken beslistermijn).
Als er niet binnen de gestelde termijn op uw verzoek wordt beslist, dan raden wij u aan om contact op te nemen met de behandelaar en deze te vragen naar de stand van zaken. De contactgegevens vindt u op de ontvangstbevestiging. Misschien is de beslissing al naar u onderweg of is er iets misgegaan bij de verzending.
Zijn de termijnen verstreken zonder dat u een besluit hebt ontvangen, dan wel zonder dat er met u afstemming heeft plaatsgevonden over de termijn waarop een beslissing wordt genomen, dan kunt u de Rijksrecherche in gebreke stellen.
U stelt de Rijksrecherche in gebreke door het schriftelijk indienen van een 'Ingebrekestelling'. U geeft hierin de Rijksrecherche nog twee weken de tijd om een beslissing op uw Woo-verzoek te nemen.
Als na de ingebrekestelling niet binnen twee weken alsnog wordt beslist, kunt u een beroep niet tijdig beslissing instellen de rechtbank van uw woonplaats. U kunt in deze procedure een dwangsom vorderen voor het niet tijdig beslissen op uw Woo-verzoek door de Rijksrecherche .
U verzoekt in dat geval de rechtbank om een termijn te bepalen waarbinnen de Rijksrecherche alsnog dient te beslissen op straffe van een dwangsom. Overschrijdt de Rijksrecherche de door de rechtbank gestelde termijn, moet de Rijksrecherche de dwangsom zoals door de rechter is bepaald aan u voldoen.
Overheidsinformatie is in beginsel openbaar, maar er zijn uitzonderingen.
- De Woo is niet van toepassing op documenten die al openbaar zijn. Als u verzoekt om openbaarmaking van informatie die al openbaar is, zal het Woo-verzoek om die reden worden afgewezen en wordt u verwezen naar de plaats waar de informatie openbaar is gemaakt. Als de informatie niet eenvoudig te vinden is, kan de Rijksrecherche u een afschrift of link sturen van de openbaar gemaakte informatie;
- Daarnaast zijn in de Woo redenen gegeven waarom een verzoek om openbaarmaking geheel of gedeeltelijk kan worden geweigerd. Een reden kan zijn dat bepaalde informatie de veiligheid van Nederland zou kunnen schaden of dat het gaat om vertrouwelijke persoonsgegevens of bedrijfsgegevens. Ook kijkt de overheid altijd of het belang van openbaarmaking opweegt tegen bepaalde andere belangen, bijvoorbeeld de bescherming van de persoonlijke levenssfeer of de opsporing en vervolging van strafbare feiten.
- Verder kunnen bijzondere regels voor de openbaarmaking van informatie gelden. Een voorbeeld hiervan is dat de rechter exclusief bevoegd is te oordelen over de openbaarmaking van een strafdossier tijdens en na de behandeling op zitting.
Bent u het niet eens met het besluit, dan kunt u daartegen bezwaar maken. In het besluit dat u van de Rijksrecherche krijgt, staat waar u dit bezwaar kunt indienen.
Voor het verstrekken van kopieën van documenten kan een vergoeding voor de kopieerkosten worden gevraagd. Hierover zult u altijd tijdig van te voren worden geïnformeerd. Aan de digitale openbaarmaking van stukken zijn geen kosten verbonden.
Nee. Het is in een dergelijk geval niet verstandig om uw informatieverzoek op de Woo te baseren. U moet er namelijk rekening mee houden dat als uw verzoek wordt ingewilligd, de gevraagde informatie niet alleen aan u wordt toegezonden, maar vanaf dat moment voor iedereen publiek toegankelijk is (bijvoorbeeld via internet). Als u verdacht wordt van een strafbaar feit heeft u in beginsel recht om kennis te nemen van de op de zaak betrekking hebbende stukken. Welke stukken u wanneer in mag zien is geregeld in het Wetboek van Strafvordering. U kunt inzage verkrijgen door een brief te schrijven aan de officier van justitie bij het parket dat uw zaak behandelt. Als u een advocaat heeft, kan hij de officier van justitie vragen om de stukken. De stukken zijn dan niet voor iedereen openbaar.
Nee. Slachtoffers en benadeelden hebben een eigen en aparte plek in de strafzaak. Zij worden desgewenst rechtstreeks geïnformeerd door de Rijksrecherche en op grond van het Wetboek van Strafvordering hebben zij recht op kennisneming van bepaalde processtukken. Indien u inzage wenst, moet u een brief schrijven aan de officier van justitie bij het parket dat de zaak behandelt. U kunt ook contact opnemen met het Informatiepunt Slachtoffers OM.
Als u een bijzonder belang heeft bij informatie over een strafzaak en u deze informatie niet kunt ontvangen in het kader van de strafzaak, kunt u een Wjsg-verzoek doen. De Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens (Wjsg) en de aanwijzing Wjsg geven aan in welke gevallen, onder welke voorwaarden en aan wie het Openbaar Ministerie informatie kan verstrekken. Het betreft dan een verstrekking voor een ander doel dan voor de behandeling van de strafzaak. Het Openbaar Ministerie beoordeelt op grond van het verzoek of u recht heeft op die informatie.
Hoewel de Rijksrecherche eigen taken heeft en die onafhankelijk uitvoert, is het voor de Woo een onderdeel van het ministerie van Justitie en Veiligheid. De minister van Justitie en Veiligheid (hierna: de minister) is daarom bevoegd om te beslissen over het inwilligen van Woo-verzoeken en het beslissen op bezwaarschriften. De minister heeft deze bevoegdheid gemandateerd aan het College van procureurs-generaal (regeling op wetten.nl). Het College heeft de bevoegdheid weer door gemandateerd aan de parkethoofden en directeuren (regeling in de Staatscourant).
In strafzaken die aan de rechter zijn of worden voorgelegd, is de Rijksrecherche niet bevoegd te beslissen op dergelijke informatieverzoeken. Veel uitspraken worden gepubliceerd op de www.rechtspraak.nl. Staat de uitspraak die u zoekt daar niet bij, dan kunt u een kopie van het vonnis opvragen bij de voorzitter van de strafkamer. Artikel 365 van het Wetboek van Strafvordering bepaalt dat op verzoek slechts een kopie van het vonnis en de daaraan gehechte stukken wordt verstrekt. Andere stukken worden niet openbaar gemaakt. Kijk voor de adresgegevens van de rechtbanken en gerechtshoven op www.rechtspraak.nl.
Nee. Het recht op openbaarmaking op grond van de Woo dient het publieke belang van een goede en democratische bestuursvoering,. Een verzoeker hoeft dus niet aan te geven waarom de informatie openbaar gemaakt moet worden. Het kan wel helpen om aan te geven waarom u de informatie wenst te ontvangen, omdat de Rijksrecherche zo gerichter antwoord kan geven op uw vraag.
Ja, dit is mogelijk, maar alleen onder bijzondere omstandigheden. Van zulke omstandigheden is sprake als het verzoek ziet op:
- informatie die verzoeker zelf betreffen (artikel 5.5 Woo). Omdat deze Woo-verzoeken om informatie die de verzoeker raken per definitie zijn aan te merken als strafvorderlijke gegevens van een persoon, worden deze verzoeken per definitie afgedaan als verzoeken op grond van artikel 39i van de Wjsg;
- informatie die niet openbaar kan worden gemaakt, maar er klemmende redenen zijn om de verzoeker niettegenstaande de toepasselijke uitzonderingsgrond of -gronden de gevraagde informatie niet te onthouden (artikel 5.6 Woo). U dient deze klemmende redenen gemotiveerd aan te geven in uw verzoek;
- informatie, die ten behoeve van historisch, statistisch, wetenschappelijk of journalistiek onderzoek toegankelijk gemaakt kan worden (artikel 5.7 Woo),
- die ingevolge de artikelen 5.1 en 5.2 niet openbaar gemaakt kan worden; of
- waarvan de vaststelling of deze informatie ingevolge de artikelen 5.1 en 5.2 openbaar gemaakt kan worden een onevenredige inspanning vergt.
Deze informatie mag in ieder geval niet verder worden verspreid. Artikel 39g jo. 15 Wjsg biedt al een grondslag om strafvorderlijke gegevens te verwerken voor wetenschappelijk onderzoek, beleid of statistisch onderzoek. Voor meer informatie en hoe een verzoek hiertoe in te dienen, zie www.om.nl/onderwerpen/wetenschappelijk-onderzoek.
Verstrekking van informatie op grond van de artikel 5.5, 5.6 en 5.7 Woo aan de verzoeker gebeurt slechts onder voorwaarden (geheimhoudingsovereenkomst). Overtreding van deze voorwaarden levert een misdrijf op en is strafbaar met een gevangenisstraf of een geldboete.